Wat is er gezelliger dan een sfeervol houtvuur op een koude winterdag? Maar…heb je wel eens stilgestaan bij de gevolgen voor jouw gezondheid en jouw veiligheid?
Hieronder vind je enkele praktische tips die bedoeld zijn om jou en jouw gezin veilig en onbezorgd van de warmte van een houtvuur te laten genieten.
Veel gezinnen verwarmen hun huis met een houtkachel of een haard, zowel voor de warmte als voor de gezelligheid. Stoken met hout wordt op dit ogenblik trouwens weer heel populair wegens het financiële aspect in licht van de recordprijzen die je voor stookolie moet betalen.
Of je nu een houtkachel dan wel een zogenoemde inbouwcassette (haardkachel) gebruikt, het is belangrijk dat je enkele eenvoudige voorzorgsmaatregelen neemt om in alle rust van de warmte van het stoken met hout te genieten. Zonder die voorzorgen kunnen de mooie, gezellige vlammen koolmonoxide doen ontstaan, een echte sluipmoordenaar, of een brand veroorzaken.
Om te beginnen, moet je je ervan vergewissen dat de kachel of de inbouwcassette correct werkt. Ze moet geïnstalleerd worden in een voldoende verluchte ruimte en aangesloten zijn op een schoorsteen die aan welbepaalde regels beantwoordt en voldoende trek heeft. Een slecht werkende kachel veroorzaakt dikwijls een onvolledige verbanding van het hout. Niet alleen verspil je zo hout, maar bovendien veroorzaakt die kachel vervuiling en zorgt ze voor een ontvlambare teerachtige aanslag op de wanden van de schoorsteen, wat een schoorsteenbrand kan doen ontstaan. Door een schoorsteen die slecht trekt, kan er rook en meer bepaald koolmonoxide (CO) vrijkomen in de kamer. Koolmonoxide is bijzonder gevaarlijk. Het veroorzaakt hoofdpijn, duizeligheid en misselijkheid, en leidt tot bewusteloosheid en, als er niet heel snel ingegrepen wordt, tot de dood. Deze “sluipmoordenaar” veroorzaakt elk jaar de dood van talrijke personen.
Enkele tips:
- Elke nieuwe houtkachel of haard moet door een bekwaam vakman geïnstalleerd worden. Probeer dat niet zelf te doen.
- Vergewis je ervan dat jouw bestaande apparaat correct werkt. Controleer de goede staat van de volgende punten: de vuurvaste bekleding, de roosters, de asla, de afdichtingen, de ruiten, het hang- en sluitwerk van deuren en schuiven, en de verbindingspijp naar de schoorsteen (op vervuiling en doorroesten). Doe bij de minste twijfel een beroep op een vakman.
- Laat de schoorsteen eenmaal per jaar door een vakman vegen.
- Maak het vuur aan met krantenpapier en/of droog aanmaakhout. Gebruik nooit benzine, olie, een barbecueaanmaker of ander versnellingsmiddel. Het vuur kan snel moeilijk te controleren worden wanneer je het met een andere brandstof dan hout aansteekt.
- Stook alleen met hout dat goed droog is, in blokken van ongeveer 10 cm doorsnede.
- Verbrand nooit groen hout, afval, plastic, tijdschriften op glanspapier, spaanplaten, triplex, geverfd of behandeld hout. Die brandstoffen zorgen voor de vorming van giftige chemische verbrandingsproducten en vervuilen de schoorsteen.
- Verwijder regelmatig de as uit de kachel of de haard. Deponeer de as in een metalen afgesloten bak of vat, op een veilige plaats en ver genoeg van het huis. Zo voorkom je brand door as die niet volledig gedoofd zou zijn.
- Hou brandbare materialen zoals gordijnen, meubels, kranten op veilige afstand van de kachel of de inbouwcassette en van de vonken die eruit kunnen springen.
- Doe de deuren van de kachel of de inbouwcassette alleen open om hout toe te voegen.
- Wanneer je kachel op een brandbare vloer staat, plaats er dan een onbrandbare plaat (bijvoorbeeld in metaal) onder en zet een vonkenscherm voor de kachel.
- Rooklucht in huis is een alarmsignaal. Dat kan te wijten zijn aan een slecht functionerende kachel, maar ook aan de schoorsteen die de rook niet voldoende doorlaat of aan de kamer waar de kachel of de haard zich bevindt en die te veel tochtvrij is gemaakt, zodat de kachel niet goed werkt door gebrek aan luchtaanvoer en –afvoer. Een slecht werkend apparaat betekent niet alleen gevaar van brand, maar kan ook een dodelijke koolmonoxidevergiftiging veroorzaken.
- Installeer een koolmonoxidemelder in de kamer waar de houtkachel staat en houd een brandblusser binnen handbereik.
- Speciale maatregelen voor open haarden:
- Laat de open haard nooit onbewaakt achter. Verlaat de kamer pas wanneer de open haard volledig is gedoofd.
- Zet altijd een vonkenscherm voor de open haard.
- Houd gloeiende kooltjes in het oog die door een windstoot uit de kachel kunnen worden geslingerd. Zorg ervoor dat ze niet op een brandbare vloer terecht kunnen komen.
- Gebruik je open haard niet als barbecue.